“Het herdenken van tragedies uit het verleden, en in het bijzonder de Holocaust, betekent niet dat de moord op meer dan 2.000 kinderen en vrouwen door Israëlische soldaten moet worden genegeerd,” dat zei de Turkse parlementsvoorzitter Cemil Çiçek. Hij deed daarnaast een beroep op “alle landen om te vechten tegen allerlei vormen van extremisme en discriminatie.”
“Ik hoop dat de geleden pijn tijdens deze oorlog [WOII] nooit zal worden herhaald en dat het een les voor toekomstige generaties zal zijn. De mensheid is helaas niet in staat geweest om een dergelijke gruweldaad op dat moment te voorkomen. Ik geloof dat iedereen en elk land er gewetensvolle lessen uit zal trekken om zoiets [de Holocaust] in de toekomst te voorkomen,” zei Çiçek op 27 januari.
Hij sprak op de Internationale Herdenkingsdag voor de Holocaust in de hoofdstad Ankara, waaraan hoge ambtenaren van de Turkse regering, met inbegrip van de Turkse minister van Cultuur Ömer Çelik, deelnamen.
Çiçek herinnerde eraan dat een aantal Turkse ambassadeurs hun leven hadden geriskeerd om honderden Joden te redden van deporatie naar een vernietigingskamp. Hij sprak in het bijzonder over de Turkse diplomaat Selahattin Ülkümen.
Volgens Çiçek zou het beeld echter niet compleet zijn zonder de Palestijns-Israëlische kwestie in ogenschouw te nemen. “Het zal onmogelijk zijn om alle problemen op te lossen of om vrede in het Midden-Oosten te brengen, voordat dit conflict wordt opgelost en er een onafhankelijk Palestina wordt gesticht,” zei hij.
“Dezer dagen wanneer wij het pijnvolle verleden herdenken, kan niemand de moordpartijen op meer dan 2.000 kinderen en vrouwen tijdens de recente aanval op Gaza negeren. Daarom wil ik zeggen dat we een holistische oplossing voor het probleem zouden moeten zoeken wanneer we een oplossing willen vinden, door te kijken naar het grotere plaatje,” voegde hij eraan toe.
Parlementsvoorzitter Çiçek sprak ook over de nasleep van de recente aanslagen in Parijs en drong erop aan dat haatzaaien en islamofobie, waarbij alle moslims beschuldigd worden voor de aanslagen, een onacceptabel groot gevaar is.
“Belijders van een bepaalde religie kunnen geen verwijten worden gemaakt vanwege de namen en symbolen die terroristen gebruiken,” zei hij en riep intellectuelen, politici en academici op om de aandacht op deze uiteenzetting te vestigen.
“Antisemitisme, islamofobie en andere vormen van racisme, discriminatie en xenofobie zijn ziekten die worden gevoed uit hetzelfde moeras. Het is niet mogelijk om één van die dingen te bestrijden zonder het moeras zelf droog te leggen,” voegde hij eraan toe.
